Siezen en duzen
Wanneer je Nederlanders vraagt naar cultuurverschillen met Duitsers dan noemen ze vaak de Duitse cultuur formeel en dat men in Duitsland in veel omstandigheden Sie zegt. Ik zeg hier expres Sie en niet u, want het gevoel dat erbij hoort is een andere. Wanneer 2 Nederlanders elkaar ontmoeten en er niet veel meer dan 10 jaar leeftijdsverschil is, dan wordt er heel snel je en jij gezegd. Als het niet vanzelf gaat, dan zegt één van twee: “Zeg maar gewoon Frank”. Daarmee bedoelt de persoon in kwestie zeg maar jij en het belangrijkste woordje in deze zin is: “gewoon”. Nu we dat hebben vastgesteld kunnen we weer normaal met elkaar communiceren.
Probeer nu het gevoel van “normaal” met elkaar communiceren te exporteren naar Duitsland. Twee zakenmensen ontmoeten elkaar en ze “siezen” elkaar. Probeer als Nederlander je voor te stellen dat de één tegen de ander zegt: “Sagen Sie bitte normal Herr Müller zu mir”. Voor deze twee Duitsers is het net zo normaal om te “siezen” als voor ons Nederlanders het je en jij zeggen.
Het u-zeggen in Nederland is iets bijzonders: dat betekent respect door een groot leeftijdsverschil, ontzag of officiële brieven en stukken – daar zeggen we ook u. Vooral bij facturen en rekeningen, want er moet immers nog betaald worden. In de Duitse cultuur vind je de bijzonderheid juist bij het “Du”. Het ‘Du” is niet zo maar vanzelfsprekend. Je bent familie, vrienden of in dezelfde studentenvereniging, dus je moet er iets voor zijn of iets voor doen. Een opmerkelijk verschil is hier nog dat Duitsers God met “Du” aanspreken en wij tenminste met U, maar vaker nog Gij. Daarom wint het Duitse voetbalelftal ook zo vaak. Wanneer de wedstrijd tegen Nederland op het scherpst van de snede staat, wie zal God dan helpen? Zijn familie en vrienden of die anderen…….?
Een mooi verhaal om het belang van Sie en Du te illustreren, is wat iemand mij eens vertelde, we noemen hem Stephen. Hij werd directeur van een textielfirma in Duitsland en hij introduceerde daar modernere ICT. Gelukkig was er een medewerkster die ook verstand had van computers en hem daarbij hielp. Na een paar avonden overwerken, het zal donderdag avond geweest zijn, zegt Stephen tegen zijn medewerkster: “Frau Müller, zullen we elkaar niet duzen, we werken nu al zo veel samen?”. Hij dacht: “lijkt me geen probleem om dat voor te stellen,want ik ben toch de directeur”. Het antwoord was er een dat hij niet had verwacht. Frau Müller gaf aan dat ze zich zeer vereerd voelde maar dat ze erover wilde nadenken. Stephen was verbaasd, maar goed het weekend gaat er overheen en op maandagochtend vroeg komt Frau Müller in het kantoor van Stephen en doet de deur dicht. Zij had het hele weekend over het aanbod nagedacht en ze voelde zich echt zeer vereerd, maar ze kon het “Du” niet aannemen, want dan hoorde ze nergens meer bij. “Hoezo dan niet”, vroeg Stephen. Frau Müller legt uit dat ze dan niet meer gewoon met de collega’s in de kantine kan “Mittagessen” en dat ze dan als spion van de chef wordt gezien. Bovendien vraagt iedereen zich af of er nog meer gebeurt dan alleen overwerken. Al dat gedoe wil ze niet en daarom wil ze liever “Sie” blijven zeggen.
Natuurlijk verandert er veel en vinden steeds meer (jonge) Duitsers het normaal om “Du” te zeggen, maar een eeuwenlange traditie gaat niet 1-2-3 weg. Als Nederlander doe je er goed aan om in Duitsland het “Du” niet af te dwingen maar je Duitse zakenpartner ermee te laten komen. Bovendien is het voor ons Nederlanders veel makkelijker om “Sie” te blijven zeggen omdat je anders al die vervelende werkwoorden correct moet vervoegen, zoals; Sie lesen,- du liest, Sie laufen- du läufst en Sie unterschreiben, du unterschreibst. Zo zie je maar weer het heeft ook voordelen en daar zijn wij Nederlanders toch niet ongevoelig voor?